Stel je voor... iedereen krijgt de zorg die nodig is. Thuiszorgmedewerkers, verplegers en hulpverleners hebben tijd en aandacht voor wie dat nodig heeft. De stopwatch regeert niet langer de zorg. GroenLinks wil dat het in de zorg gaat om mensen en niet om de cijfers.
Het kan en moet anders in de zorg.
Overbodige regels en bezuinigingen hebben geleid tot minder handen aan het bed. Veel mensen kunnen én willen veel zelf doen. Wij willen hen de ruimte geven. Maar daarbovenop is goede en professionele zorg nodig voor diegenen die het niet zelf kunnen rooien.
Bezuinigingen bedreigen de zorg aan huis.
Dit kabinet wil meer dan 2 miljard euro bezuinigen op de zorg die mensen thuis krijgen. Mensen die nu nog zelfstandig thuis kunnen wonen dankzij de thuiszorg, dreigen hun zorg te verliezen. Dat zou afschuwelijke zijn. Wij als GroenLinks accepteren niet dat de cijfers op de begroting belangrijker worden gemaakt dan de gezondheid van mensen. Wij verzetten ons tegen de bezuinigingen op de zorg aan huis. Doe met ons mee. Teken de petitie!
http://actie.groenlinks.nl/ea-action/action?ea.client.id=1778&ea.campai…
Actie voor goede zorg
In het weekend van 22 en 23 februari voerde GroenLinks Helmond actie voor goede zorg. Wij maken ons vooral zorgen over de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg. Dat zit dieper dan de wens om grip te hebben op budgetten of zelf de inhoud van je zorg te bepalen. Krijgen mensen straks, onder druk van bezuinigingen en de vergrijzing, nog wel de zorg die nodig is?
Kiezers maken zich zorgen over de zorg. En GroenLinks doet dat ook. Wij hebben ideeën voor de manier waarop we zorg kunnen blijven garanderen voor iedereen die dat nodig heeft.
Zorgverbeteraar
GroenLinks Helmond vroeg een deskundige naar haar mening over de veranderingen die ons te wachten staan. Aan het woord: Diana Rijntjes, Directeur zorg bij De Zorgboog – Wijkverpleging, thuiszorg, dagactiviteiten
Welke kansen ziet de Zorgboog in de transitie?
“Wij zien vele kansen, maar het is de vraag of overheid en organisatie in staat zijn die allemaal te nemen. De transitie biedt ons de kans om te zoeken naar nieuwe samenwerkingsverbanden. D gezondheidszorg is in Nederland erg doorgespecialiseerd. Dat levert aan de ene kant goede kwaliteit, maar aan de andere kant doen we soms ook wel eens moeilijk over dingen die helemaal niet zo moeilijk zijn. We kunnen in de zorg op veel plekken prima samenwerking zoeken tussen bijvoorbeeld gehandicaptenzorg, ouderenzorg en psychiatrie. In het huidige financieringsstelsel wordt dat ontmoedigd. Iedere organisatie moet uit het eigen potje de zorg betalen en er is weinig ruimte om buiten de regeltjes om naar slimme samenwerking te zoeken. Ik geef een voorbeeld. Door de transitie zijn de Zorgboog ORO en Diomage samen gaan werken in Gemert. Hierdoor werken mensen met een verstandelijke handicap mee in de dienstverlening aan oudere dementerenden. Ze schenken koffie, wandelen mee met de rolstoel, halen oud papier op. De cliënt van ORO of diomage heeft zo een heel waardevolle rol gekregen, en de verzorgenden van de Zorgboog hebben extra handjes hulp. Prachtig toch?
Zo zijn er nog veel meer vormen van samenwerking denkbaar waar we eerder niet toe kwamen, de zorgfinanciering beloonde verkokering, dan krijg je verkokering.
Een andere kans is het terugdringen van administratieve regelzucht. Als we in staat zijn om met partijen samen te werken die dichtbij zijn, dan moet het mogelijk zijn om op basis van meer vertrouwen afspraken te maken. Er gaat nu zoveel werk, geld, en tijd zitten in administratie en controle. Dat kan echt beter en slimmer.”
Welke bedreigingen ziet de Zorgboog?
“De grote dreiging is dat gemeenten doorschieten en denken dat álles veel simpeler kan. Dat is natuurlijk niet zo. Zorg is wél een vak! Specialismen hebben ook een waarde. Het blijft dus de kunst van de juiste afweging kunnen maken: waar kan het iets minder? Waar absoluut niet?
Omdat de nadruk ook erg op de kosten gaat liggen bestaat het gevaar dat men snel kiest voor kleine organisaties zoals zorgcoöperaties en zzp'ers. Ja, die kunnen goedkoper werken. Maar als we dat gaan doen komen grote organisaties in de knel en komen daar de banen te vervallen. Grote organisaties leiden mensen op, grote organisaties zorgen voor een 24 uurs bereikbaarheid, grote organisaties leveren ook zorg in vakantieperiodes, grote organisaties werken aan innovatie van zorg, grote organisaties doen onderzoek, grote organisatie kunnen specialistische zorg leveren, plaatsen stagiaires, hebben leerlingen en een goede leerlingenbegeleiding. Dat kost allemaal geld. Als gemeenten niet bereid zijn daarvoor te betalen zijn er over een paar jaar geen jonge mensen meer die in de zorg werken en valt ook al dat andere weg waar je een grotere organisatie voor nodig hebt. Dat wordt naar mijn idee iets te makkelijk over het hoofd gezien.
In ieder geval ligt de dreiging dus voor de medewerkers in verlies van arbeidsplaatsen, voor de cliënten in verlies van gespecialiseerde zorg en voor de maatschappij in verlies van continuïteit en toekomstbestendigheid van de basisvoorzieningen.”
Welke rol ziet u voor de lokale politiek om de situatie voor de cliënten te verbeteren?
“De lokale politiek zou zich goed moeten vergewissen van wat er nu allemaal gebeurt in zorgland en waarom. Wij krijgen wel eens politici op bezoek in de dagactiviteit voor dementerenden en dan zeggen ze: 'Dit kan toch ook in een buurthuis? Iedereen zit zo rustig aan de koffie?' Maar wat ze niet zien, in dat uurtje bezoek, is dat mevrouw x de neiging heeft om weg te lopen, mevrouw y haar buurman steeds weer hetzelfde verhaal vertelt, mevrouw z al onrustig is als er een dag een andere vrijwilliger is dan normaal. En ook zien ze niet dat de verstandelijk gehandicapte weliswaar zelfstandig met de bus kan reizen, maar dat hier eerst een half jaar training aan vooraf is gegaan met veel geduld en creativiteit.
‘Dus: weet waar je over praat en verdiep je in de materie’
En ook hoop ik dat lokale politici beseffen dat besluiten van nu heel lang door kunnen werken. De zorgmedewerkers die door de transitie hun baan gaan verliezen, komen misschien nooit meer terug in zorg. En als er dan ook nog geen geld komt waarmee ook grote organisaties kunnen blijven bestaan, mensen op kunnen leiden en innoveren, dan is er als wij zelf hulp nodig hebben, niemand meer om dat te geven.”