GroenLinks raadslid Rudi van der Made schrijft wekelijks op donderdag zijn column "Donderpreek".
Bakkeleien over stoeptegels, lantaarnpalen en openbaar groen. Dat is het beeld dat veel mensen hebben van de klankbordgroep van hun wijk (als ze al weten dat zo'n groep bestaat). Daar is overigens niks mis mee, dat een groep inwoners van een wijk zich inspant voor de verbetering van zaken als stoeptegels, lantaarnpalen en openbaar groen. De gemeente maakt er ook dankbaar gebruik van dat er wijkbewoners zijn die daar als vrijwilliger tijd in steken, en op die manier bijdragen aan de leefbaarheid van hun directe leefomgeving. En regelmatig staan er ook gewichtiger zaken op de agenda van klankbordgroepen.
Het huidige college van B&W van Helmond heeft in veel wijken een moeizame relatie met de klankbordgroep. Dat komt meestal niet door de stoeptegels, lantaarnpalen en het openbaar groen, nee, dat gaat juist over die gewichtiger zaken.
Er komt een voetbalstadion en een groot vakantiepark in uw achtertuin, maar uw zorgen over de natuur en de rust zijn onterecht. U heeft er trouwens ook niks over te zeggen. Zo ongeveer is in Rijpelberg en Brouwhuis de overtuiging ontstaan dat de gemeente voor de vorm wel mooie overlegstructuren met de wijk heeft, maar vervolgens gewoon doet wat ze zelf wil. Niet vreemd dat de krachten gebundeld worden in Brouwberg.
In Helmond-West speelt nu iets soortgelijks. De meest ingrijpende plannen sinds decennia worden aangekondigd, en zolang er nog weinig concreets te melden was, stond het netjes op de agenda van de klankbordgroep. Dan is het eind 2008, de langverwachte Wijkvisie ziet het licht. Mooie uitgangspunten waar iedereen het mee eens is, maar weinig concreets. De uitwerking van die visie in een Wijkontwikkelingsplan werd aangekondigd voor februari, toen zou deze gepresenteerd worden in de klankbordgroep. Die bijeenkomst wordt eerst verzet naar april, dan naar juni, maar ook die gaat niet door. Als de zomervakantie bijna begint, staat er ineens een wethouder bij sommige bewoners op de stoep: "Uw huis gaat gesloopt worden". Andere bewoners krijgen een brief met dezelfde strekking van hun verhuurder. En de klankbordgroep? Die weet van niks. Direct communiceren met de mensen die het aangaat, noemt wethouder Boetzkes dit. Verdeel en heers, is mijn mening. Tegen de ene bewoner A zeggen, tegen de ander B, en in de gemeenteraad alles ontkennen, dat werkt een stuk beter zonder de openbaarheid van zo'n lastige klankbordgroep.
Natuurlijk moeten bewoners van huizen die wellicht gesloopt gaan worden hiervan zo snel mogelijk geïnformeerd worden, en liefst zo kort mogelijk in onzekerheid gelaten worden. Maar dat moet wel gebeuren met inachtneming van de gebruikelijke (en afgesproken) paden van advisering, inspraak en besluitvorming.
Het resultaat van de verdeel en heers tactiek van dit college is chaos. Er ontstaat een comité Buiten(Ons)Om, dat nu rechtstreeks gemeenteraadsleden aan het benaderen is. Er zijn twee politieke partijen die elk een avond in de wijk organiseren (moeten we dat alle tien doen?). De gemeente gooit er nog een derde inloopavond tegenaan, waar niets gepresenteerd wordt, maar bewoners wel vragen kunnen stellen.
En de klankbordgroep? Ach, als het over gewichtiger zaken gaat dan stoeptegels, lantaarnpalen en openbaar groen, doet de gemeente toch wat zij zelf wil.