Bert van Sas: "Het raadsvoorstel bevat 3 elementen. Met 2 van de drie onderdelen hebben we weinig moeite. Met de extra kosten voor de leefbaarheidsmaatregelen hebben we niet zoveel moeite. De GroenLinks-fractie vindt de leefkwaliteit van onze inwoners erg belangrijk en heeft het benodigde bedrag daar graag voor over. De onvoorziene kosten van de fundering van de brug zijn jammer maar helaas. Deze kosten zijn niet vermijdbaar en niet verwijtbaar. Het benodigde bedrag voor de fundering is ongeveer 10% van de totale bouwkosten van de brug en dat lijkt geen raar bedrag. Als deze kosten op voorhand al opgenomen waren in het krediet had niemand daar praat over gemaakt."
Bert vervolgt zijn betoog: "De kosten voor de sierbalk is een ander verhaal. We hebben in de commissievergadering al kunnen horen dat in de raad het breedgedragen gevoel leeft dat deze kosten niet in verhouding staan tot de totaalkosten van dit project. Toch vloeit het advies van de welstandscommissie voort uit een door onze gemeenteraad vastgestelde welstandsnota. Dat deze wethouder op social media allerlei verwijten naar het hoofd geslingerd krijgt vinden we dan ook niet terecht; het is niet meer dan logisch dat een wethouder zich houdt aan het beleid dat we in deze raad hebben vastgesteld. Toch vinden we dat ongeveer 20% van de bouwkosten, een half miljoen euro, uitgeven aan een sierbalk niet verkoopbaar is."
GroenLinks Helmond schreef daarom een amendement (aanpassing) op dit voorstel om het krediet voor de sierbalk niet toe te kennen. Omdat we door het onthouden van dit krediet het uitvoeren van het door deze raad vastgestelde welstandsbeleid onmogelijk maken willen we het amendement samen laten gaan met een motie waarin we het college oproepen om met een voorstel tot wijziging van de welstandsnota te komen om te voorkomen dat we in de toekomst opnieuw een onevenredig groot deel van een project aan esthetische aanpassingen uit moeten geven.
Het amendement is UNANIEM aangenomen, de brug wordt dus gebouwd zonder de sierbalk van een half miljoen euro. Ook het college is blij met de aanpassing, vooral door tegelijkertijd een voorstel in te dienen om hier bij het welstandsbeleid op een andere manier naar te kijken.