GroenLinks raadslid Rudi van der Made schrijft wekelijks op donderdag zijn column "Donderpreek".

Het moet in 1991 of 1992 geweest zijn. Het was in ieder geval op het Virus Festival in Eindhoven. Samen met zo'n duizend andere studenten, denk ik, stonden we ontspannen in afwachting van een theatershow in de buitenlucht. De voor iedereen onbekende groep La Fura dels Baus kwam de show Noun spelen. Rond de tijd dat het zou beginnen, en er dreigende muziek klonk, had iedereen aandacht voor het podium. Opeens kwamen er langs de zijkanten van het podium enkele metershoge poppen, bemand door steltlopers, het publiek in gerend. In luttele seconden sloeg de ontspanning om in angst, de massa stoof uiteen. Als er een camera van bovenaf de massa had gefilmd, zou het beeld te vergelijken zijn geweest met dat van eergisteren op de Dam, maar dan zonder de dranghekken.

Ik heb het nooit zo op mensenmassa's. Ik heb graag de controle over mezelf, en in een massa verlies je dat zowel fysiek als psychologisch een beetje. Toch heb ik ze vaak genoeg opgezocht, de mensenmassa. Met name op muziekfestivals als Pinkpop en Werchter, waar ik kon genieten van de ontspannen sfeer in de mensenmassa. Dit krijgt dan juist iets krachtigs en indrukwekkends. Net als massale stilte. Wat je verder ook voor belang hecht aan dit soort dagen.